In de volksmond wordt er vaak gesproken over een ‘ontsteking‘. Meestal worden klachten bedoeld die maar pijn blijven doen, warm aanvoelen of de huid rood kleuren. Maar wat is een ontsteking nou eigenlijk?
Een ontsteking is een reactie van het lichaam op lichaamsvreemde stoffen of op beschadiging van weefsel. Dankzij deze reactie van het lichaam wordt de schade zo efficiënt mogelijk hersteld.
Bij een ontstekingsreactie ontstaat er een verhoogde doorbloeding. Dit zorgt ervoor dat de huid op de plaats van de ontsteking rood kleurt en warm aanvoelt. De pijn die gevoeld wordt bij een ontsteking ontstaat doordat de zenuwuiteinden in het getroffen gebied gevoeliger worden. Dit leidt tot een verhoogd gevoel van pijn. De extra doorbloeding zorgt er ook voor dat er meer vocht in het gebied ophoopt. Dit zien we aan de buitenkant van het lichaam als een zwelling.
De ontstekingsreactie zorgt ervoor dat het beschadigde gebied schoongemaakt wordt en dat het weefsel weer herstelt. Hiervoor doorloopt de ontsteking verschillende fasen. Het doorlopen van deze fasen kan afhankelijk van het probleem korter of langer duren.
Fase 1. Ontstekingsfase
Als weefsel beschadigt, hoe klein ook, is cel beschadiging en bloedvatbeschadiging het gevolg. Hierdoor treedt een proces in werking waarbij ontstekingsremmende stoffen worden geproduceerd. Deze ontstekingsremmende stoffen zitten in het bloed, waardoor een goede doorbloeding van het lichaam van groot belang is. Deze stoffen stimuleren het herstel.
Het doel van de ontstekingsfase is reinigen van de wond en activeren van cellen voor de reparatie van het weefsel. Door deze processen worden de zenuwuiteinden gevoelig wat leidt tot een verhoogd pijngevoel.
Tijdens de ontstekingsfase verwijden de bloedvaten om het gebied te voorzien van zoveel mogelijk bloed. Hierdoor kan het gebied warm en rood aanvoelen (als het oppervlakkig gelegen is). De extra doorbloeding zorgt er ook voor dat het bloed meer vocht (plasma) uitscheidt. Dit leidt tot zwelling (oedeem). Een zwelling kan hinderlijk zijn, vooral als er een gewricht bij betrokken is. Dit kan namelijk bewegingsbeperking veroorzaken.
Fase 2. Proliferatiefase (reparatiefase)
Tijdens de proliferatiefase begint het herstel van het weefsel. Zo begint de proliferatiefase al vrij snel (binnen enkele dagen) na beschadiging. Het doel van de proliferatiefase is het verkleinen van het wondgebied en het herstellen van de wond op geleide van functie. Dit wil zeggen dat het weefsel weer gereed gemaakt wordt voor de functie die nadien gevraagd wordt.
De processen die zorgen voor het herstel, maken nieuw bindweefsel aan. Dit bindweefsel heeft nog niet de kracht en functie van het oorspronkelijke weefsel. Hierdoor is het nieuwe weefsel nog erg kwetsbaar in deze fase. Het is van belang om het weefsel dat ontstaat de juiste functie mee te geven. Wat in de praktijk wil zeggen dat je nog niet volledig belastbaar bent gedurende deze fase, maar wel functioneel moet bewegen. Bijvoorbeeld een spier die gescheurd is, moet tijdens het herstel weer de volledige spierlengte en spierkracht krijgen om optimaal te kunnen functioneren. Als gedurende deze fase de spier niet bewogen wordt en in een verkorte positie wordt gehouden, blijft nadien de spier korter dan voorheen. Dus de spier moet in de juiste lengte bewogen worden. Krachttraining met extra gewichten om de spier sterker te maken, is in deze fase niet verstandig omdat het weefsel nog te kwetsbaar is. Begeleiding gedurende dit traject is daarom van belang.
Fase 3. Organisatiefase
De organisatiefase is bedoeld om het weefsel weer op volledige functie terug te brengen en daarmee de belastbaarheid te vergroten. Dit gebeurt door versterking van het weefsel, ingroei van zenuwvezels en reorganisatie van de bloedvaten. Dit zorgt er mede voor dat de nieuwe structuur weer herkend wordt door het centrale zenuwstelsel.
Tijdens deze fase is de revalidatie gericht op de functie die verwacht wordt van het weefsel. Dit is afhankelijk van de persoon. De belasting die een topsporter vraagt van het weefsel is heel anders dan de belasting die wordt gevraagd bij iemand die minder actief is.
Het kan 12 maanden duren voordat het bindweefsel dat in het begin gevormd wordt volledig functioneel gebruikt kan worden. Tot die tijd zijn veranderingen op microscopisch niveau zichtbaar. Dit wil niet zeggen dat het weefsel in de tussentijd niet volledig belast mag worden, maar dat weefsel moet dus juist maximaal belast worden, maar wel op het juiste moment in de revalidatie om het weefsel zo sterk mogelijk te maken.
Voor vragen over ontstekingen en de behandeling hiervan kun je altijd terecht bij onze fysiotherapeuten.
Bron: www.hierhebikpijn.nl